Vrijdag 18 juli

Maar nu, Christus ís opgewekt uit de doden.

1 Korinthe 15 vers 20

 

Dát is het heerlijke getuigenis van de Heilige Schrift. God kan niet liegen; en het geloof verheugt zich over deze waarheid. Als Christus niet is opgewekt, is alles tevergeefs. Hoe zouden we dan weten dat het offer van de Heere Jezus door God is aangenomen? Dat God met het oog op de zonde volkomen tevredengesteld is? God gaf uitdrukking aan de voldoening die Hij ontving, door Zijn Zoon uit de dood op te wekken.

Waarom zijn er zoveel inspanningen om de waarheid van de opstanding te loochenen?

Allereerst verzet het menselijke verstand zich daartegen: ‘Het is onmogelijk dat doden worden opgewekt; het kán gewoon niet’. Ons verstand wil zich niet aan Gods Woord onderwerpen.

Verder maakt het geweten de mens onrustig: ‘Er ís een opstanding en daarna de beoordeling voor Gods troon’. Wie zijn zaken niet met God in orde heeft gemaakt, redeneert dat het liefst allemaal weg.

Bovendien is de duivel werkzaam. Door het kruis en de opstanding van de Heere Jezus is hij overwonnen. Daar wil hij niet van horen. Wíj wel!